+ + Oude Testament + Deuterocanonieke boeken + Nieuwe Testament
Sefanja
1 2 3 38 %
Sef. 3
3:9 Voorwaar, 1) dan wend ik de volken om naar een gezuiverde taal
opdat ze allen de naam van JHWH aanroepen
en hem dienen, schouder aan schouder.
10 Van over de rivieren van Kusj
komen zij, smekend,
— o dochter van mijn verstrooiden —
en brengen mij offers.
11 Op die dag
hoef je je niet te schamen
over al je daden waarmee je tegen mij in opstand kwam.
Voorwaar, dan zal ik verwijderen uit je midden
de zelfgenoegzame hoogmoedigen
en je zult je niet langer verheffen op mijn heilige berg.
12 En ik zal overlaten in je midden
een nederig en bescheiden volk
dat zijn toevlucht zoekt bij de naam van JHWH.
13 Wie er van Israël overblijven
zullen geen onrecht doen
en geen leugens spreken,
in hun mond zal geen bedrieglijke taal gevonden worden.
Voorwaar, zij zullen weiden en rusten
zonder dat iemand hen opschrikt.

14 Jubel, 2) dochter Sion!
Juich, Israël!
Verheug je en verblijd je
van ganser harte, dochter Jeruzalem!
15 JHWH heeft jouw strafgerichten verwijderd,
je vijand uit de weg geruimd!
JHWH, de koning van Israël, is in je midden:
geen kwaad zul je nog te vrezen hebben! 3)

16 Op die dag zal tot Jeruzalem gezegd worden:
Vrees niet, Sion!
Laten je handen niet verslappen!
17 JHWH, je God, is in je midden,
een held die bevrijdt!
Hij zal verrukt van vreugde over je zijn,
hij zal branden 4) van liefde,
opgetogen zal hij over je jubelen
18 als op een feestdag. 5)

Ik zal de vernederden verzamelen,
die werden weggevoerd,
die in smaad optrokken. 6)
19 Zie, in die tijd reken ik af
met al je onderdrukkers;
ik bevrijd de hinkende [kudde],
het verdrevene vergader ik
en ik maak dat men hén prijst en roemt
die op heel de aarde te schande werden gemaakt.
20 In die tijd breng ik jullie terug,
ten tijde dat ik jullie vergader;
ja, ik zal jullie roem brengen,
en maken dat men jullie prijst
bij alle volken der aarde,
wanneer ik voor jullie ogen
een keer breng in jullie lot
zegt JHWH.

1vertaling van Jopie Siebert-Hommes
2vertaling van Jan Geursen
3Voor niet vrezen wordt ook wel niet zien gelezen (zie reeds de Septuaginta). In het Hebreeuws is er maar één letter verschil, die bij het voorlezen niet eens hoorbaar is. Niet zien zal veelal gekozen zijn vanuit de gedachte dat vs 16b anders een verdubbeling zou zijn van vs 15d. Voor ons is dit geen bezwaar.
4Het Hebreeuwse werkwoord charasj in de betekenis van zwijgen maakt de vertaling Hij zal zwijgen in zijn liefde mogelijk, maar vs 17c en vs 17e zijn hiermee in strijd. Wij kiezen met A.S. van der Woude voor de betekenis branden, die achter het enkel in Jona 4,8 voorkomende vr. bijv. naamwoord charisjit (brandend, verzengend) schuilgaat.
5Aldus de Septuaginta en A.S. van der Woude.
6Uit de vele voorstellen om dit moeilijke Hebreeuwse vers te lezen, kiezen wij voor de suggestie van A.S. van der Woude, die de Hebreeuwse medeklinkers handhaaft, maar ze anders combineert. Hij handhaaft het metrum. Door het ontbreken van het bezittelijk voornaamwoord 2e persoon kunnen de ballingen niet die van het aangesproken Juda zijn, maar wel de veel eerder weggevoerden van het noordelijk rijk Israël.