+
+ Oude Testament
+ Deuterocanonieke boeken
+ Nieuwe Testament |
|
2:1 |
Dus 1) roep ik allereerst op
tot het doen 2) van gebeden
- voorbeden, pleidooien, dankzeggingen -
voor alle mensen,
|
2 |
voor koningen en allen in de hoogte 3),
zodat wij een ongestoord en rustig leven kunnen leiden
in alle ontzag 4) en waardigheid.
|
3 |
Dat is goed en welkom
voor onze Bevrijder: God 5),
|
4 |
die wil dat alle mensen bevrijd worden
en tot waarachtig inzicht 6) komen.
|
5 |
Want 1 is God 7),
Eén is ook middelaar van God en mensen:
één 8) mens, één gezalfde: Jezus,
|
6 |
die zichzelf gaf als losprijs voor allen -
het getuigenis voor 9) deze bijzondere tijden 10).
|
7 |
Daartoe ben ik 11) aangesteld
als heraut en gezant
- wat ik zeg is waarachtig 12), ik lieg niet -,
als leraar van de volken, in waarachtig geloofsvertrouwen 13). |
1 | vertaling van Harry Pals |
2 | dat actieve werkwoord laat de NBV helaas weg |
3 | 'die over ons gesteld zijn' heeft de Naardense Bijbel - dubieus |
4 | met εὐσέβεια vertaalt de LXX יִרְאָה |
5 | de volgorde is opvallend, dus ook zo vertalen |
6 | geen lidwoord, zoals de Willibrordvertaling |
7 | bewust dubbelzinnig vertaald; de NBV vertaalt: 'er is maar 1 God' |
8 | geen lidwoord, zoals Statenvertaling, NBG '51, Willibrord en NBV |
9 | geen voorzetsel, dus geen 'in' of 'op' |
10 | of 'de geëigende tijden' of 'zijn eigen tijd' |
11 | met nadruk |
12 | zegt meer dan 'waar', zo ook in vss. 4 en 7d |
13 | Willibrord 'in het ware geloof' klinkt heel ouderwets dogmatisch |
|