+
+ Oude Testament
+ Deuterocanonieke boeken
+ Nieuwe Testament |
|
25:15 |
aan de één gaf hij vijf talenten 1),
aan de ander twee,
aan een ander één –
aan ieder naar eigen kunnen 2);
en hij ging weg van zijn volk 3).
|
1 | de term “talenten” laat heel bewust in het midden wat die precies zijn, in elk geval geen “gouden munten / goudstukken” zoals in Groot Nieuws. De herhaling van het woord “talenten” (14x) door het hele verhaal is veelzeggend: hier is meer aan de hand dan geldswaarde. Daarmee loop je ook onherroepelijk vast in vers 29 |
2 | κατὰ τὴν ἰδίαν δύναμιν naar wat ieder aankan, dus geen willekeur, maar vooropgezet plan. NBV: naar wat hij aankon |
3 | zie ἀποδημέω |
|