1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
32
33
34
35
36
37
38
39
40
41
42
43
44
45
46
47
48
49
50
51
52
53
54
55
56
57
58
59
60
61
62
63
64
65
66
67
68
69
70
71
72
73
74
75
76
77
78
79
80
81
82
83
84
85
86
87
88
89
90
91
92
93
94
95
96
97
98
99
100
101
102
103
104
105
106
107
108
109
110
111
112
113
114
115
116
117
118 119 120 121 122 123 124 125 126 127 128 129 130 131 132 133 134 135 136 137 138 139 140 141 142 143 144 145 146 147 148 149 150 2 %
|
110:1 |
Van David. Een psalm. 1)
JHWH spreekt tot mijn heer aldus:
Ga zitten aan mijn rechterhand,
terwijl ik jouw vijanden maak
tot een voetbank voor je voeten.
|
2 |
Jouw machtige scepter
strekt JHWH uit van Sion:
Heers te midden van je vijanden!
|
3 |
Bij 2) jou is adeldom 3)
op de dag van je sterkte:
Ik heb op het heilig gebergte 4)
uit de schoot van de dageraad
jou voortgebracht 5) als gebieder.
|
4 |
JHWH heeft gezworen
en het berouwt hem niet:
Jij bent priester voor altijd
omwille van Melchisedek.
|
5 |
De Heer, aan je rechterhand,
verplettert koningen op de dag van zijn toorn,
|
6 |
houdt gericht onder de volken,
slaat lichamen aan stukken, 6)
verplettert de hoofden
op de wijde aarde.
|
7 |
Onderweg drinkt hij uit de beek:
daarom heft hij het hoofd op. |
1 | Vertaling van Thijs Booij |
2 | Hebreeuws letterlijk: „Uw volk (is) vrijwilligheid (of: vrijwillige gaven) / op de dag van uw sterkte. // In heilige luister / uit de schoot van de dageraad / voor u de dauw van uw jeugd.” |
3 | Bij jou is adeldom - de weergave veronderstelt dat de consonanten van de eerste twee woorden van het vers moeten worden gelezen zoals de Septuaginta dat doet. |
4 | op het heilig gebergte - evenals NBV |
5 | jou voortgebracht - aldus de lezing van de consonantentekst in Septuaginta en Origenes´ Hexapla (transcriptie-kolom). De masoretische vocalisatie ligt niet voor de hand. Vergelijk
Ps. 2:7 . |
6 | slaat... aan stukken - Hebreeuws: „vol (lichamen/lijken)” of, anders gevocaliseerd, „vult met” (niet: „hoopt op”). |