Schrift in Uitvoering
+ + Oude Testament + Deuterocanonieke boeken + Nieuwe Testament
Matteüs
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 61 %
Mat. 10
10:16
Zie, 1)
ik zend jullie als schapen te midden van wolven
word dus slim als een slang en simpel als een duif 2)
17
Hoed je voor de mensen,
want zij zullen je overgeven aan rechtbanken 3)
in hun samenkomsten 4) zullen zij je laten geselen.
18
Naar stadhouders en koningen zullen jullie worden gevoerd omwille van mij,
om te getuigen voor hen en de volken.
19
Wanneer zij jullie overgeven,
wees niet bezorgd over hoe en wat je moet spreken,
want aan jullie zal op dat uur gegeven worden
wat je moet spreken.
20
Want niet jullie zijn het die spreken,
maar de geest van jullie vader is het die door jullie spreekt.
21
Maar een broer zal een broer ter dood overgeven,
en een vader een kind,
en kinderen zullen opstaan tegen ouders en hen doden.
22
En jullie zullen door allen gehaat zijn vanwege mijn naam,
maar wie tot het einde volhardt, zal gered worden.
23
Wanneer zij jullie vervolgen in de ene stad,
vlucht dan naar de andere,
want het is zeker, zeg ik je,
jullie zullen niet met de steden van Israël klaar zijn 5)
voordat de mensenzoon komt.
24
Een leerling staat niet boven zijn leermeester,
en een dienaar niet boven zijn heer.
25
Het is voldoende voor de leerling
dat hij wordt als zijn leermeester
en de dienaar als zijn heer.
Als zij de heer van het huis Beëlzebul hebben genoemd,
hoeveel te meer zijn huisgenoten.
26
Vreest hen dus niet,
want niets is verhuld dat niet onthuld zal worden,
en niets verborgen dat niet bekend zal worden.
27
Wat ik jullie in het donker zeg,
spreekt het uit in het licht,
wat je in eigen oor hoort,
roept het op de daken.
28
En vreest niet voor wie het lichaam doden
maar de ziel niet kunnen doden,
vrees eerder voor wie ziel èn lichaam kan ombrengen in "geenna". 6)
29
Worden niet twee mussen voor een stuiver verkocht?
en niet een van hen zal op de aarde vallen zonder jullie vader. 7)
30
Van jullie zijn zelfs alle haren op je hoofd geteld;
31
vrees dus niet,
want jullie verschillen van vele mussen 8)
32
Met ieder nu die voor de mensen zal overeenstemmen met mij 9)
zal ook ik overeenstemmen voor mijn vader in de hemel;
33
maar wie mij verloochent voor de mensen 10)
zal ook ik verloochenen voor mijn vader in de hemel. 11)
34
Denk niet dat ik kwam om vrede op aarde te brengen.
Ik kwam niet om vrede te brengen, maar een zwaard.
35
Want ik kwam om de mens en zijn vader uit elkaar te drijven,
het meisje en haar moeder,
schoondochter en de schoonmoeder.
36
De vijanden van de mens zijn zijn huisgenoten. 12)
37
Wie vader of moeder liever heeft dan mij,
telt niet voor mij.
Wie zoon of dochter liever heeft dan mij,
telt niet voor mij.
38
Wie zijn kruis niet aanneemt
en mij daarmee navolgt,
telt niet voor mij.
39
Wie zijn wezen [psyche] vindt,
verliest het;
wie zijn wezen [psyche] verliest vanwege mij,
die zal het vinden.
40
Wie jullie ontvangt, ontvangt mij
en wie mij ontvangt,
ontvangt hem die mij heeft uitgezonden.
41
Wie een profeet ontvangt om de naam 'profeet'
krijgt het loon van een profeet.
Wie een rechtvaardige ontvangt om de naam 'rechtvaardige'
ontvangt het loon van een rechtvaardige.
42
Ieder die één van deze kleinen te drinken geeft
met een beker koud water,
alleen maar om zijn naam 'leerling'.
Amen ik zeg jullie:
die zal zijn loon niet verliezen.'

1vertaling van Marianne Storm
2Ik heb me hier laten inspireren door de vertaling van Pieter Oussoren.
3Of "raadsvergaderingen" van Oussoren, en "het gerecht" bij NBV, hoewel dit heel abstract klinkt.
4Met Oussoren.
5Of met Oussoren "het einde bereiken met de steden van Israël".
6"Hel"roept vaststaande beelden op, daarom is het verkieslijker hier de NBV te volgen, zegt ook Harry Pals.
7Zoals Harry Pals hier opmerkt: Wat maakt de NBV er iets gruwelijks van met 'dood' en 'Gods wil'!
8Dit betekent in dit verband, denk ik, ook: "meer waard zijn dan", "overtreffen".
9De betekenis "belijden" lijkt me te bepaald; "erkennen" staat in de NBV; Pieter Oussoren vertaalt (te?) mooi met "zich uitspreken als één met mij".
10Of "ontkent".
11Of "wie nee zegt tegen mij, tegen hem zal ook ik nee zeggen ...".
12Vgl. Micha 7:6